We leven in een tijd van kritische consumenten. Of het nu gaat om een betrouwbare en liefst goedkope garage voor de auto, een leuke school voor de kinderen of een competente dokter voor jezelf: je vergelijkt, beslist, laat merken als het niet naar je zin is en verhuist zo nodig naar de concurrent.
Logisch dat ouders van een kind met een verstandelijke beperking hetzelfde doen. Je kind kritiekloos uitleveren aan een zorgaanbieder is niet van deze tijd. Je laat je niet buitenspel zetten, zeker niet door een zorgaanbieder die weinig creatief, flexibel en klantgericht is. Met de komst van het persoonsgebonden budget hebben ouders eindelijk óók een stok achter de deur om zorgaanbieders te dwingen naar hen te luisteren en open te staan voor hun ideeën.
Mijn ervaring van de afgelopen tien jaar is, dat volwaardig partnerschap tussen begeleiders, ouders en cliënten in PGB-projecten verre van eenvoudig is. Elkaar serieus nemen en voorkomen dat één van de hoeken overheerst, is een lastige opgave.
Inderdaad zijn wij, zorgverleners, nog altijd te weinig dienstbaar, en helaas doen we nog altijd minder dan wat we beloven, en meestal ook te traag. Maar kritische consumenten doen er wijs aan, zorgverleners de ruimte te geven om hun professionele werk te doen. Dat vraagt afstand. Net als leerkrachten op school hebben zorgverleners ruimte nodig om ongestoord met cliënten samen te zijn. Daar varen de cliënten wel bij. En ook de ouders. Je kind kunnen en durven toevertrouwen aan anderen, geeft ruimte en rust en is op de lange duur de enige manier om het vol te houden.
Ik vergelijk PBG-projecten met voetbalelftallen. Als ouders kies je een naar jouw idee goede club voor je kind (tenzij het kind dat natuurlijk zelf doet). Als het even kan, volg je de wedstrijden, en zo nodig overleg je met de coach van je kind. Maar met de coaching zelf bemoei je je niet. De kleedkamer is voor jou verboden gebied. Tijdens de wedstrijden is het veld zelfs voor de coach verboden.
Toegepast op een woonvorm voor mensen met een verstandelijke beperking betekent dit laatste dat zij zoveel mogelijk hun eigen keuzes mogen maken. Hun leven is van hén, en van niemand anders. We noemen dat autonomie, en vragen respect daarvoor van hun begeleiders en van hun ouders. Professionele organisaties bieden coaching door professionals. Voor mij is een belangrijk aspect van professionaliteit dat werkers de ouders serieus nemen en erbij betrekken. Maar tijdens de wedstrijd, op momenten dus dat cliënten onder de verantwoordelijkheid van begeleiders zijn, is de plek van ouders de tribune waar ze hopelijk als twaalfde man hun aandeel hebben.
Dit artikel verscheen eerder in KLIK (december 2004).